Snelheid verbeteren door betere hoeken te gebruiken

snelheid verbeteren met de juiste hoeken

Snelheid verbeteren door betere hoeken te gebruiken

Het onderzoek is gedaan om erachter te komen of het gebruik van betere hoeken tijdens het sprinten kan helpen om sneller te starten en efficiënter te bewegen. Aan het onderzoek deden tien jeugdige sporters mee die sporten waarbij ze veel hardlopen. Ze waren allemaal gezond en trainden regelmatig.

Om te zien hoe ze liepen, kwamen ze naar twee verschillende testsessies. Ze droegen hun gebruikelijke trainingsschoenen en kleding. Eerst warmden ze 15 minuten zelfstandig op. ook oefenden ze om te beginnen met rennen vanuit een staande positie. Ze deden twee oefenruns over een afstand van 10 meter, met een korte pauze tussendoor.

Na de warmup begonnen ze met de testen. Een onderzoeker vertelde hen wanneer ze moesten beginnen met rennen, en ze deden drie sprints op hun maximale inspanning, met vier minuten rust tussen elke sprint. Een paar dagen later deden ze dezelfde test nogmaals.

De onderzoekers gebruikten speciale apparatuur om vast te leggen hoe  de bewegingen waren van de atleten. Ze plaatsten drie sets timinglichten en twee hogesnelheidscamera's om de eerste drie stappen van elke sprint vast te leggen. Ze plakten ook labels op de lichamen van de atleten om hun bewegingen te analyseren.

Ze gebruikten een computerprogramma om verschillende aspecten van het hardlopen van de atleten te bekijken, zoals hoe lang hun paslengte was, hoeveel meters ze per seconde aflegden, hoe lang hun contact tijden op de grond waren en hoe lang ze in de lucht waren. Ze keken tijdens het rennen ook naar de hoeken van hun knieën en lichaam.

De resultaten toonden aan dat sommige aspecten van het hardlopen van de atleten erg op elkaar leken tussen de twee testsessies, terwijl andere dat niet waren. hun paslengtes en kniehoeken waren bijvoorbeeld vrij gelijkaardig, maar hun vluchttijden (hoe lang ze in de lucht waren) waren niet consistent.

De onderzoekers ontdekten dat een snellere pasfrequentie en kortere vluchttijd tijdens de derde stap van de sprint het meest verband hield met betere sprinttijden van 5 meter. Paslengte en tijd doorgebracht met tijd op de grond hadden een kleine effect op sprinttijden.

Dus zowel betere hoeken als focus op een snelle pasfrequentie kunnen atleten helpen sneller te starten en efficiënter te sprinten.